De vier toptalenten van Anderlecht spreken

In het nieuwe complex in Neerpede krijgt de jeugd een prominente plaats. Alles is er aanwezig om de toptalenten op te leiden tot topvoetballers. Vedetten in wording Praet, Kabasele, Roef en Verboom getuigen.


Anderlecht heeft er alles aan gedaan om de spelers te motiveren beter te worden en te laten opkijken naar zij die hoger voetballen. Hoe ouder en beter ze worden, hoe mooier en luxueuzer de kleedkamer. Het Nieuwsblad bekijkt het nieuwe complex en de jeugdopleiding samen met vier toptalenten die er nu rondlopen.

Prachtig Neerpede

Dennis Praet ruilde vorig jaar Genk voor Anderlecht. Toen hij naar Limburg trok, toonde ook paars-wit interesse, maar het armoedige trainingcomplex van toen dreef Praet toen naar Genk. "De plannen voor dit nieuwe complex trokken me over de streep om van Genk naar Anderlecht ter verhuizen", zo zegt Praet nu.

Ook doelman Davy Roef is vol lof. "Mooie kleedkamers, alles piekfijn in orde, altijd recuperatiedrankjes ter beschikking, de fitnesszaal, vanaf U21 hangt je uitrusting voor elke training klaar dat stimuleert. We brengen hier ook het grootste deel van onze tijd door. Trainen, eten in het restaurant, rusten."

Combinatie met school

In het nieuwe opleidingscentrum staat voetbal centraal, maar Anderlecht wil meer bereiken. "Respect en traditionele waarden bijbrengen is zeer belangrijk", komt Philippe Colin tussen. Jean Kindermans vult aan: "Het is dril, ja. Anderlecht geeft een totale opvoeding."

"Het gaat er hier streng aan toe en iedereen moet zich aanpassen aan de regels maar dat hoort erbij", zo vertelt Kabasele. School blijft dan ook zeer belangrijk voor de jonge voetballers. "Waar nodig krijgen we op de club bijles", zegt Praet hierover.

Leven is voetbal

Voor deze jonge talenten draait heel hun leven rond de bal. "Als we al eens uitzonderlijk twee dagen vrij hebben, verveel ik me", zegt Roef. "Als je profvoetballer wil en kan worden moet je gewoon alles laten vallen. Ik ga ook nooit uit", vult Praet aan.

Echt erg lijken de jongeren dit niet te vinden. "Oké, we hebben niet het leven van andere jongeren, maar daar kiezen we zelf voor", aldus Verboom. Kabasele treedt hem bij. "Ik heb vrienden buiten het voetbal die tijdens het weekend uitgaan. Maar ik leg hen dan uit dat dit niet voor mij is."

Ook voor meisjes hebben ze weinig tijd. Praet: "Mijn lief zit in dezelfde school. Soms zie ik haar ook in de weekends." Roef heeft minder geluk: "Ik zie haar alleen in de weekends." Verboom en Kabasele hebben geen vriendin. "Pas de temps pour des filles!", zo klinkt het bij hen.

Geld

Jonge voetballers verdienen tegenwoordig al een aardige stuiver. Ook deze vier. Al willen ze er niet veel over praten. "Het zou kunnen dat ik meer verdien dan mijn vader, maar zo'n dingen blijven binnen het gezin", zegt Praet. "Het is niet zo dat we daar constant mee bezig zijn, maar het speelt wel mee, dat we met het voetbal superveel geld kunnen verdienen."

"Nooit gedacht dat ik op die leeftijd al geld zou verdienen met voetbal", zo lacht Roef. Voor Kabasele komt het geld dan weer goed van pas. "Ik kan er mijn moeder mee helpen. Maar het echte doel is de eerste ploeg."

Buitenland

Vorige zomer ruilde Adnan Januzaj de jeugd van Anderlecht voor Manchester United. Krijgen ook deze vier veel aanbiedingen uit het buitenland? "Ik weet het niet. Mijn papa regelt dat allemaal. Met deskundig advies van een advocaat", vertelt Praet.

"Mijn vader werd de talrijke vragen, telefoontjes en voorstellen zo beu dat we sedert een paar weken Evert Maeschalck als manager onder de arm hebben genomen", schetst Roef zijn situatie. Ook Kabasele heeft een manager. "Mijn moeder kent daar niet veel van, ik heb ook een manager moeten nemen. Patrick De Corte, dezelfde als Kevin De Bruyne."

Bron: Het Nieuwsblad